«

         

tuinonderhoud maand:

MEI-JUNI
Maak voor dit seizoen plannen met tuinboeken en tijdschriften erbij. Zie voor tuinplannen b.v. de publicatie uit het woonmagazine met als item:"Tuin op de schop?"

In Mei zijn alle bomen in blad en dat levert talloze groentinten op. De natuur is nu op haar mooist. Nachtvorst is tot halverwege mei mogelijk. Het blijft dus oppassen met kwetsbare planten.

Hagen/heesters; Houd hagen en heesters die zijn geplant bij droog weer goed in de gaten. Geef de haag water door er bijvoorbeeld een druppelslang langs te leggen. Dankzij de druppelslang wordt het water gelijkmatig over de hele lengte verdeeld. Vergeet niet regelmatig het onkruid onder de haag weg te halen.
Voorjaarsbloeiende heesters kunt u het beste direct na de bloei snoeien. U behoudt dan mooie struiken met jonge takken die elk jaar weer rijkelijk zullen bloeien. Enkele soorten: Forsythia, Ribes, Chaenomeles, Kerria, winterjasmijn,...
Ligusterhagen kunt u nu reeds voor de eerste maal snoeien. Deze hagen groeien nu zeer snel en verliezen daardoor ook vlug hun strakke haagvorm. De meeste bladdragende hagen zoals beuk, haagbeuk, lonicera, buxus, hulst, laurierkers,...kunnen ook in mei voor de eerste maal worden gesnoeid.
Snoeien van buxus gebeurt na de ijsheiligen om geen vorstschade te krijgen. Bij het snoeien van buxus wacht je best tot het een bewolkte dag is. Als je een buxushaag op een warme zonnige dag snoeit dan zal deze na enkele dagen verbrandingsverschijnselen vertonen. Buxushaagjes snoei je bij voorkeur het best met een heggenschaar. Bij het gebruik van een heggeschaar spuit je de buxushaag eerst nat zodat deze de messen nog soepeler door de takjes heen kan glijden. Dit is beter voor uw armen en voorkomt ook weer verbranding van de gesnoeide toppen.
Coniferen zoals hagen kunnen nu ook hun eerste snoeibeurt krijgen.Knip vóór de langste dag de beuken- en coniferenhaag. Na 21 juni krijgen planten namenlijk nog een groei-impuls. U hoeft ze dan alleen nog een keertje in augustus-september te snoeien. Kies bij voorkeur om te snoeien een bewolkte dag. Blijf ook onder de hagen het onkruid verwijderen.
Taxus kunt u beter wat later in juni snoeien. Knip coniferen niet af tot op het kale hout want ze zullen niet meer uitlopen. Alleen bij taxus is dat wel toegestaan.
Zaaddozen van uitgebloeide seringen en rhododendrons uitknijpen om de groei van de struiken te bevorderen. Pak de bloemen goed vast, draai en trek ze vervolgens voorzichtig los.

Klimplanten; Bind de lange takken van klimplanten op tijd aan op gaas of trellisscherm. De soorten die vóór 21 juni gaan bloeien laat u voorlopig met rust. Kamperfoelie heeft deze maand als een van de eerste planten al frisgroen blad. Zet een klimvorm in de border of in potten en bakken.



Vaste planten; Dit is de tijd om hoge vaste planten te steunen door er plantringen of stokken bij te zetten. Blijf onkruid wieden, alleen door het telkens weghalen blijft u het onkruid de baas. Haal uitgebloeide bloemen weg om de planten aan te zetten tot een nog langere bloei, of een tweede bloei later in het seizoen. U kunt de dorre delen van de vaste planten afknippen. Het is tevens een goede tijd om de border te bemesten met wat organische mest, zoals gedroogde koemest. Het spreekt vanzelf dat de planten een goede start hebben als ze in goede tuingrond staan. In het voorjaar kunt u ook plantaardig materiaal zoals compost tussen de planten strooien. Verwijder de vaste planten die het nog steeds niet doen. Men mag nu wel aannemen dat ze de winter niet hebben overleefd. Vervang ze door nieuwe.
Vaste planten die reeds hebben gebloeid kunnen nu worden gescheurd. Dit bevordert tevens de bloeikracht van de planten voor het volgende jaar.
Verwijder alle ongewenste zaailingen en hark de grond lichtjes waardoor de border er ineens veel netter uitziet.

Rozen; Knip de uitgebloeide bloemen terug tot het eerste blad. Help rozen van bladluizen af. Daar zijn verschillende middelen voor in de handel. Knip uitlopers die aan de stam van stamrozen verschijnen zo snel mogelijk weg.

Planten in potten, bakken en kuipen; Geef planten in potten elke dag water. "Hanging baskets" moeten bij droog weer vaak 2x per dag water krijgen. De planten bloeien langer als u steeds de uitgebloeide bloemen verwijdert.
Opvullen van bloembakken: Zet de planten in een bloembak, in schalen, potten die onderaan voorzien zijn van enkele afwateringsopeningen. Zitten er onderin de bloembak geen gaten, dan een gat onder in de bodem boren. Leg een potscherf over het gat zodat de potgrond het gat niet verstopt. Tik de aangekochte plant voorzichtig uit zijn potje zodat de wortelkluit niet breekt en uit elkaar valt. Gebruik alleen goede, kiemvrije kwaliteitspotgrond. Deze werd zodanig samengesteld dat hij optimaal voldoet aan de bodemeisen van uw plant. Bijbemesten hoeft de eerste maand niet te gebeuren daar er voldoende meststoffen in het potgrondmengsel verwerkt zijn. Duw de potgrond rond de wortels goed aan en geef na het inplanten rijkelijk water. Bij zonnig weer moet je van nu af aan je planten in potten en bakken iedere dag water geven. Koop ook bijhorende onderschotels voor uw potten en bloembakken. Geef water dan bij voorkeur in de onderschotels, via de openingen zullen de planten dan wel het water opzuigen dat ze nodig hebben.

Kuipplanten; Ook de vorstgevoelige kuipplanten kunnen na half mei buiten staan. Kies voor het buiten zetten een bewolkte dag. Te veel zonlicht ineens kan ook bij planten zonnebrand veroorzaken.

Gazon; Het gras weer is weer aan het groeien. Mos belemmert de groei van de graswortels. Om mos tegen te gaan is het raadzaam om naast verticuteren ook kalk over het gras te strooien. Hierna kunt u beginnen met het bemesten van het gazon. Er zijn hiervoor speciale lenteverzorgingssets verkrijgbaar. Ook is er gazonmest die tevens het onkruid in het gazon bestrijdt.
Het gazon gaan we 1 of 2 keer per week maaien, afhankelijk van de groei.
Verwijder onkruid uit het gazon, steek het uit of gebruik onkruidbestrijdingsmiddelen.
Strooi als er regen is voorspeld kunstmest of kippenmestkorels op het gazon, herhaal dat over een maand. Zo hou je je gazon gezond! Niet tijdens zonneschijn bemesten. Het gazon kan anders verbranden.

Een nieuw gazon van graszoden kan nu worden aangelegd.
Steek het gras met een graskantensteker langs de gespannen plantkoord af. Zorg ervoor dat de graskantensteker schuin de grond in gaat. Zo staan de kanten stevig vast dit om te vermijden dat de boord afbrokkelt. Het gras zal dan ook veel minder vlug in de percelen groeien of woekeren. U kunt het gras eventueel ook opsluiten met een borderrand.



Wilt u uw gazon laten verticuteren en een goede start geven voor komend seizoen!

Neem dan contact op met EMBÉ-tuinen via:
tel. 0318-486 337 of mail naar:
info@tuintekeningen.nl


Bloembollen; Verwijder de bloemstengels van de uitgebloeide narcissen, tulpen en hyacinten, want anders steekt de plant al zijn energie in de zaadvorming i.p.v. de energie op te slaan voor de nieuwe bloemknoppen van volgend jaar. Het loof van uitgebloeide bollen rustig laten afsterven. Als je de bollen wilt bewaren laat je de planten staan tot het blad helemaal is vergeeld. Pas als het blad helemaal geel is, kun je de bollen rooien en tot het najaar in droge turf bewaren.

Vijver; Haal overtollige planten zoals eendenkroos, algen en snel groeiende en woekerende waterplanten uit de vijver. Het is nu de tijd om nieuwe planten in de vijver te zetten.Verplant eventueel bepaalde soorten zoals de waterlelie. Deze kunt u tevens in stukken breken en apart opplanten. De waterlelie heeft een kleiachtige grond nodig om goed te kunnen bloeien.
Controleer of de vissen geen ziekten hebben, indien nodig behandel ze dan. Nu het water warmer wordt zullen de vissen actiever worden en mogen ze regelmatig visvoer krijgen.

Overige; De nestkastjes zijn nu bewoond. Verstoor de vogels niet te veel door er telkens in te kijken.

Tenslotte: Hebt u geen tijd, geen groene vingers, wordt het onderhoud u teveel of u wilt frequent onderhoud, dan kunt u uw tuin regelmatig door EMBÉ-tuinen laten onderhouden. Het behoud van een mooie tuin wordt op deze wijze gewaarborgd.

SNOEIEN (algemeen)
Snoeitips:
-Voor alle beplanting geldt dat dode takken en takken, die elkaar in de weg zitten, moeten worden verwijderd.
-Heeft een boom of struik een flinke snoeibeurt nodig, knip dan nooit meer dan één vijfde deel van de takken.
-Snoeischaren zijn bruikbaar tot tak dikten van 2 cm.
-Knip takken zo dicht mogelijk aan de stam terug.
-Voor het zagen van dikke stamen kunt u het beste met z'n tweeën zijn. De een zaagt en de ander ondersteunt de tak. Zaag de tak eerst een eindje van de stam aan de onderzijde in. Zaag de tak vervolgens dicht tegen de stam van bovenaf door. Hierdoor wordt voorkomen dat de tak door het gewicht afscheurt en een deel van de bast in z'n val meetrekt waardoor een lelijke wond kan ontstaan.

Terug naar vorige pagina